naar Suriname, naar aanleiding waarvan hij de brochure Onze West ('s Gravenh. 1884) schreef en een artikel De Surinaamsche Goudvelden in de Gids 1884, no. 3. In 1884 trad hij op als bestuurslid van de Vereeniging voor Suriname te Amsterdam; van 1892 tot 1900 was hij voorzitter dier vereeniging, in welke hoedanigheid hij op 7 Mei 1895 in het Indisch Genootschap het vraagstuk ‘aanvoer van Javanen in Suriname’ inleidde. In 1886-1888 deed hij eene reis naar Ned.- en Britsch-Indië; doordrongen van het nadeel, dat het opiumgebruik den inlander berokkende, schreef hij De Opiumvloek op Java ('s Gravenh. 1890) en richtte den Antiopiumbond op, waarvan hij secret.-penningmeester was. Van het Tijdschrift van den bond, waarvan 4 stukken verschenen ('s Gravenh. 1891-1899), was hij de redacteur. Bovendien schreef hij enkele artikelen over andere indische onderwerpen.
Hij huwde te 's Gravenhage 4 Jan. 1900 Suzanna Helena Loudon, geb. den Haag 15 Jan. 1861.
Benjamins