[Baud, Guillaume Louis]
BAUD (Guillaume Louis), minister van koloniën, een neef van den voorgaande en den volgende, werd 27 Dec. 1801 te 's Gravenhage geb. en overl. ald. 5 Jan. 1891. Op 18-jarigen leeftijd op 't kantoor van een hypotheekbewaarder geplaatst, werd hij vier jaar later (1823) benoemd tot ambtenaar 5e klasse voor den dienst van Indië, waar hij in Januari van 't volgend jaar bij de algemeene secretarie werd aangesteld. Tot eersten commies opgeklommen, zag hij zich in Apr. 1830 tot secretaris van Kadoe benoemd en weldra werd hij ook tijdelijk met het bestuur van dit gewest belast. In 1833 werd Baud tot resident van Kediri, in 1838 tot resident van Semarang en in 1841 tot directeur van 't departement der cultures benoemd. In 1845 keerde hij om gezondheidsredenen met verlof naar Nederland terug, waar hij een zeer werkzame belangstelling in de indische zaken aan den dag bleef leggen en ten gevolge daarvan 21 Nov. 1848 door koning Willem II tot minister van koloniën benoemd werd. Slechts kort bekleedde hij dien post: reeds 18 Juni 1849 trad hij af wegens verschil van meening met zijn ambtgenooten over de vraag of de voorgenomen overeenkomst met de Nederl. Handelmaatschappij goedkeuring behoefde bij de wet. Ook was hij, in strijd met ambtgenooten en kamerleden, met volle overtuiging de opvatting van Groen van Prinsterer toegedaan, dat de Staten-Generaal zich niet te bemoeien hadden met het bestuur der koloniën.
Kort na zijn bekomen ontslag als minister werd B. tot staatsraad in buitengewonen dienst benoemd. In 1850 ontving hij de vereerende opdracht zich als gouverneur-generaal met het oppergezag van Ned. Indië te willen belasten. maar hij meende daarvoor te moeten bedanken, Ook andere hooge onderscheidingen werden den bekwamen man aangeboden, o.a. werd hem in 1861 gevraagd, nogmaals de portefeuille van koloniën te willen aanvaarden (3de ministerie v. Hall), maar hij wees zoowel het een als 't ander van de hand. Zijn laatste levensjaren sleet B. op zijn buiten aan den Scheveningschen weg, waar hij op 90-jarigen ouderdom overleed. B. was gehuwd (3 Mei 1837) met Wilhelmina Jacobina Theodora Couperus (29 Nov.