Een hart, door godsdienstig gevoel en deugd veredeld en een opgeklaard verstand, dit zijn schatten, die den tijd en het wisselend lot verduren. Elk, wie deze in zijnen jeugdigen leeftijd tracht te verkrijgen, geniet gewis eenen gelukkigen ouderdom, en voor hem is het naderend uur des doods de dagende morgen der verheerlijking en der eeuwige zaligheid.
Beklagenswaardig is het lot van den grijzen LORENZO en ELMIRE; beide hebben zij de lente van hun leven aan louter zinnelijk genot opgeofferd; zij dachten aan God noch aan hunne bestemming; weelde en dartelheid hadden hun hart bedorven, ijdelheid en hoogmoed verbijsterden hun verstand; liefde kenden zij niet; de huwelijksband werd hun al ras eene ondragelijke keten. Vroeg reeds afgeleefd, is voor hen de ouderdom nu eene martelende zelfverveling. Zij worden veracht, geschuwd, en zelfs bespot, want zij zijn gemelijk en ontevreden; zij sidderen voor den dood, en het leven is hun tot last.
Doch voor u, edeldenkende ALCEST! voor u, vrome, altijd blijmoedige AGNES! Voor u is de ouderom als een verkwikkende avondstond na eenen langen, een op de nuttigste wijs besteden zomerdag. Beider jeugd was aan het veredelen van hun hart en aan het verkrijgen van nuttige kundigheden geheiligd; reine liefde en ware godsvrucht strengelden hunnen huwelijksband voor de eeuwigheid. ALCEST was ijverig, eerlijk en weldadig. AGNES, wars van ijdele beuzelarij, was de beminnelijkste, de zorgvuldigste huismoeder; vrolijkheid en gezond verstand waren hare schoonste sieraden. Nimmer trachtte ALCEST naar uithuizige vermaken, want de blijmoedige, de liefdevolle gezellin van zijn leven deed hem de zorgen vergeten, en bestrooide zijn pad met lagchende bloemen. Hun kroost was hun wellust; zij voedden het op tot nuttige burgers en verlichte Christenen, maar voor hen is ook de grijsheid eene zilveren eerekroon. Nog voedt ALCEST zijne ziel met wijsheid, nog is AGNES nuttig werkzaam; hun zoon vereert hen, en hun lieve kleinzoon – in wien hun naam herbloeit – veroorzaakt kinderlijken wellust bij elke kleine dienstbetooning.