's Menschen begin, midden en einde
(1824)–Petronella Moens, Willem Hendrik Warnsinck– Auteursrechtvrij
[pagina 25]
| |
[pagina 26]
| |
Ja, roert vrij uwe kleine trommels, speelt vrij krijgsman en oorlog, gij veel belovende vaderlandsche Knaapjes! De ware vriend van Nederland ziet in uw onschuldig spel de overgeërfde dapperheid van onze brave voorvaderen opluiken. Van ouds vierde de Amsterdamsche Jeugd, jaarlijks, vóór het begin der kermis of jaarmarkt, eene soort van kinderfeest op de beurs, waar anders geene kinderspelen plaats hebben; daar schaarden zij zich dan in slagorde, en voldeden' hunnen lust door luidruchtig trommelen en fluiten. De oorsprong van die feesten is onzeker, maar nog hedendaags doet Amstels Jeugd haar regt, om op de beurs krijgsman te spelen, jaarlijks gelden; en waarom niet? Ook in de grootste handelstad van het rijk, vloeit Neêrlandsch bloed in de aderen van het heldenkroost. O! het ware te wenschen, jeugdige Knapen! Dat gij, door geheel ons vaderland, op den verjaardag der omwenteling, of dien der zegepraal bij Waterloo, een soortgelijk kinderfeest vierdet, en vraagden dan de kleinen van een volgend geslacht, wat dit beteekende, dan zouden zij ten antwoord krijgen: “eens had een onversaagd krijgsman, BUONAPARTE genaamd, den Franschen troon overweldigd, en ons vaderland uit de rij der volken verdelgd. Hij vertrape onze regten, hij scheurde onze jongelingen van het ouderlijk hart en dwong hen op vreemden grond, tot uitbreiding van zijne magt, zich dood te strijden. Lieve Kinderen! gij zoudt van uwe wieg af, slaven geweest zijn, maar God heeft ons geholpen; Nederland heeft zijne ketens verbroken, en de trotsche dwingeland is gevallen. Onze Koning, getrouw aan het verbond, dat hij met zijn volk heeft gesloten, waakt voor uwe vrijheid en regten. Maar ook Neêrlands jongelingen gevoelen hunne verpligting, om zich tegen vreemde overheersching te wapenen.” Ja, Knapen! speelt vrij oorlog, maar bidt God om eenen bestendigen vrede. |
|