Verzen(1894)–Victor de Meyere– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 38] [p. 38] ['k Ben peinzendsmoê... Ik zie de blauwe luchten] 'k Ben peinzendsmoê... Ik zie de blauwe luchten, waarin de vuurge zon zoo innig gloeit, en door mijn ziel, ach God! zoo droevig vloeit mijn eigen leed, met duizend, duizend zuchten. En toch schijnt 't milde licht mij koestrend tegen... Ik zie hoe alles nu te bloeien staat, met weeldrigheid van groen, dat wieglen laat zijn klankenvolle vreugd langs alle wegen. Ik zie hoe 't àl in heerlijkheid verzwind, en hoe de witte wolkjes verder drijven, gestuwd door zachte, lauwe lentewind. En peinzendsmoede zwerf ik om... zoo bang, daar ik mijn leed door niet één beeld omschrijven kan, in een dierbren troosteloozen zang. Vorige Volgende