Verzen(1894)–Victor de Meyere– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 12] [p. 12] [De kille, klamme handen van den nacht] De kille, klamme handen van den nacht sluiten me in 't ruischlied van een purpren dauw, en de oude kruinen waasmen zacht een pracht van kleurge droomen, die 'k hoopvol aanschouw. In heilig hoogheid, valt me 't rustend blauw der Heemlen op mijn blonde lokkenvacht, wijl 't zoete stil-zijn, dat ik thans betracht, mijn ziel omwindt met sluiers van veel rouw! Vorige Volgende