Den Aenghenaemen rooselaer geplant in den hof van den heylighen vader Dominicus
(1707)–Catharina van der Meulen– Auteursrechtvrij
[pagina 40]
| |
Stemme: Echo wil ick terghen.DIe wil triumpheren, en met God regneren
In het Hemels rijck, moet worden hem gelijck;
Door lijden, en strijden,
Sijn hert te besnijden van al ydel vreught,
En nemen verblijden, in de waere deught.
Ghy moet eerst passeren, druck ende verneren;
Om God's liefde puer, in gheest en in natuer,
Wilt derven, versterven
Wat gy kont verwerven, in de werelt hier,
Soo sult ghy be-erven, Godt in u dangier.
De Not moet men kraken, eer men komt te smaken,
Met een bly gemoet, daer uyt de kerne soet,
De pijne, verdwijne
Als God sal verschijne, mensch, in uwen gront,
En dat u hier sijne grati' wordt gheiont.
| |
[pagina 41]
| |
Laet dan niet verdrieten, u heel te vernieten,
En te laeten al, wat is op d'aertsche dal;
De sinnen, keert binnen,
Wilt alleen beminnen uwen Schepper soet,
En soo overwinnen dat beletsel doet
Vereenight u herte, met de bitter smerte
Van die is de doodt, voor ons uyt liefde groot
Ghestorven, tot borghen,
Om soo te besorghen onse saligheyt,
Dan u moet vermorven nu tot danckbaerheyt.
EYNDE. |
|