Maas-Sluysse meeuwe-klagt,(1735)–Frank Metaal– Auteursrechtvrijbehelzende verscheide geestelyke gezangen en gedichten met noch een korte aanmerkinge over de tegenwoordigen liefdeloozen tyd, waar inne de ware liefde nauwelyks te vinden is Vorige Volgende [pagina 7] [p. 7] Vermaning aan den Eerbaren Jongman Hubrecht Arentsz, tot dankbaarheyd aan God voor zyn wonderlyke verlossinge uyt doods gevaar. WIlt doch dankbaarheyd betoonen, O gy lieve Iongeling? Want doen Iong en Oud verging, Heeft u God noch gaan verschoonen, 't Is nu zelfs aan u geschiet, En dit hebt gy ondervonden, Dat u volk al zijn verslonden, Ende gy allenig niet: O! 't is vry al wat byzonder, Denkt niet dat gy beter waart, Om dat God u heeft gespaart: Maar trekt leering uyt dit wonder, Overdenkt doch nacht en dag, Hoe gy een-en-zestig uyren, Dus in 't water kost verduyren, Daar gy weynig boven lag, Gy kunt immers best bedenken, Hoe elendig dat gy stont, Als de Zee dus uyt de grond, U geselschap dee verdrenken? God heeft u alleen bevryd, Daar zy al te zamen bleven, U behielt noch in 't leven, En hy schonk u noch meer tyd: Tyd om die wel te gebruyken, [pagina 8] [p. 8] Want s' is maer als een gedagt, En vergaet ligt in een nacht, 'k Seg maer met een oog te luyken: Selfs hebt gy dit verteld: Dat die met u stond te spreken, In een oogenblik besweeken, En eer dood sijn neergevelt. 'k Bid u wilt u dan bereyen Om den wille Gods te doen, Die u sonder brood quam voen, En door 't water heen ging leyen: Wacht u van de ydelheyd Die de wereld komt te plegen, Stel u daer dog vierig tegen, Hoe schoon dat zy u ook vleyt: Houd dog al u leve dagen, U Verlosser in 't gezigt En betragt aldus u plicht, Met hem neerstig te behage Want indien gy dit vergat: Erger sou u overkomen Daerom houd u met de vromen: En vergadert u een schat Daer de roest haer niet verderft: Noch de dief niet komt te steelen O dat worden daer Iuwelen: Die men namaels eeuwig erft. Vorige Volgende