Uyt-heemsen oorlog ofte Roomse min-triomfen(1651)–Matthijs van der Merwede– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 193] [p. 193] 't Ander dat begint l'Avara Babylonia, &c. 't Geld-gierig Babel berst, door vloek, en Goden-grim, Sijn op-gepropte sak van dwersse schellem-stukken, En siet sijn gruwelen soo lang, soo wel gelukken, Dat haer voor wijsheyd strekt, bordeel en kroese-glim. 'kSmeld als het offer-was, soo ik met angst verwacht, De rede, die haer beestse reed-loosheyd ging bannen, Maer sie, van verr, een ongehoorde Vier-schaer spannen, Voor haer Soldaen, die in her Turx Baldat vernacht. Haer Bastert-goden moeten storten in de grond, Haer hoog-geborgte Dieft, die Hel en Hemel trotste, Die sy met Tempel-macht, in spijt van God, berotste, Sie ik dat noch sijn brand in verre eeuwen vond. 'k Sie door't voorsienig breyn, waer in den Hemel speeld, Een onbegrepen tijd by Kerk en Auter-fielen, Een tijd van deugde-min, en recht geschape zielen, Waer uyt de gulde Eeuw noch eynd'lijk wierd geteelt. Vorige Volgende