De steile tocht(1930)–Willem de Mérode– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 73] [p. 73] Revius. 't Was of de Schrift zijn levensloop verhaalde: Oorlogen, twisten, vlucht en goeden keer, En zijn hardnekkig ijvren voor den Heer En hoe zijn hartstocht overwon en faalde. Godschenner was spanjool en kananiet. En in de gramschap van zijn visioenen Vertrapte hij hun wapens en blazoenen, En een triomfgeschrei barstte uit zijn lied. Maar in den avond als het schemerlicht Blank liet den wand met perkamenten banden, Bad hij ootmoedig met verstilde handen: Och Heer, mijn zonde toog U voor 't gericht. Dan spleten òp des hemels steile wanden En de eeuwigheid doorspoelde zijn gezicht. Vorige Volgende