De overgave(1919)–Willem de Mérode– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 53] [p. 53] De ontmoeting Tusschen uw oogen en de mijne Was 't licht anders dan om ons henen, Zachter en van iets teêrs doorschenen: Glanzingen die in glans verdwijnen. Alle verrukkingen: vreugde en weenen Hebben zich in dien glans gevonden; 't Smachten van ons begeerge monden, En de drang veel goeds te verleenen. En de weelge golvingen kwamen Van wat woorden, zoetjes te streelen, Zoo bloode, en zij konden niet verheelen Hun liefde in hun aandoenlijk beschamen. Dan zwijgen en een stil oogensmeeken, Niet te vergeten dit hoog verdwazen. En voorbijgaan en zich verbazen. Niet van vreugde in snikken te breken. Vorige Volgende