Langs den Heirweg(1932)–Willem de Mérode– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 73] [p. 73] Le roi soleil. Het schittrend hof was maar een achtergrond, En zijn geweldigen werden coulissen, Die achter zijn snel koninklijk beslissen Tezamen schoven, en hij, stralend, stond Op 't hoog bordes, waarvoor de tuinen lagen En de alleeën en de wateren, Bedwongen en gedwee terneêrgeslagen, En de opstuif en 't gebogen klateren Van de fonteinen.... en als brekend glas Tinkelde tot zijn hart een vrouwenlachen, Hij zag niet om, zijn rustige gedachten Verwijlden bij het kortgehouden gras, Dat altijd weer, geslachten na geslachten, Groeide in de zon, die groot en stralend was. Vorige Volgende