Hunkering en heimwee(1939)–Willem de Mérode– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 163] [p. 163] [Willem ten Berge] De boer uit Brabant Hij was een oude boer uit Brabant, wij reisden saâm, hij kwam weldra naar mijn hoek geschoven: ‘Ja, 'k zie wil graag uit 't raam’, Zijn kop was rood en dik onder het rijke, grijze haar, dan sprak hij met glundere blik: ‘Ik ben van veertig, Ja, 'k ben nu zes-en-tachtig jaar’. Hij wies de wasem van het glas: wij zagen weien die van de morgen dropen, hij klaagde over 't schaarsche gras, mijn oog stond zingend naar de verten open. Dan scheidden wij: ik heb ontroerd zijn grove vuist geknepen, ‘Goé reis!’ hij lachte blij, maar heeft mij niet begrepen. Willem ten Berge. Vorige Volgende