Hunkering en heimwee(1939)–Willem de Mérode– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 133] [p. 133] [Jos. van Wely] Enkel zegening. Dat ik verdwaasd in Uw gedrag Ooit bitterheid of hardheid zag, En met Uw kus nog op mijn hoofd Niet in Uw liefde heb geloofd! In milden schemerglans vergaat De zachte vlam op Uw gelaat, Nu zie ik vol verteedering Geen hardheid - enkel zegening. Mocht dan de wijnstok onbesnoeid Verarmen, machtloos uitgebloeid? Moest snerpend niet het kerfmes gaan, Waar voller nu de trossen staan? O, toen door 't donker van mijn ziel Dat stille licht naar binnen viel: Wat vader ziet zijn kind in smart En sterft niet diep in 't eigen hart! Gij zijt mij nooit zoo lief geweest, Als nu mijn ijlend hart geneest - Nu 'k opleef, langzaam sterker ben En altijd nieuw Uw lach herken! O Vader, die geen kind vergeet!... Dat ik verbijsterd door mijn leed, Maar met Uw kus nog op mijn hoofd, Niet in Uw liefde heb geloofd! Jos. van Wely. Vorige Volgende