Hunkering en heimwee(1939)–Willem de Mérode– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 131] [p. 131] Avond Haast elke avond zit hij hier, zijn hoofd ligt in zijn hand gebogen en onder de vermoeide ogen trillen de lijnen van 't papier, dat hij gedachteloos beschrijft, opzij schuift en weer voor zich legt terwijl zijn stem afwezig zegt: nu weet ik wat er over blijft van wat ik droomde, en van wat ik eenmaal dacht dat zou gebeuren: ik kan alleen het blad verscheuren nu alle blankheid is beklad. A. Marja. Vorige Volgende