Hunkering en heimwee(1939)–Willem de Mérode– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 65] [p. 65] [H. van Elro] Lente-morgen. Zij hield den spiegel en bewoog toen even Het hoofd in zacht gewiegel, want gedachten die haar lippen tot een glimlach samenbrachten waren uitgevlogen... En een beven van verwachting had haar hart zoozeer bevangen dat zij nauwlijks scheen te leven anders dan een licht-bewogen, vroeg-ontloken voorjaarsbloem. H. van Elro. Vorige Volgende