Hunkering en heimwee(1939)–Willem de Mérode– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 55] [p. 55] [Geraert van Suylestein] Al hebt Gij mij verstoken. Al hebt Gij mij verstoken Van blijheid en van licht - Ik sta nog opgericht, Ik ben nog onverbroken. Gij plaagt misschien te zacht Mij, die Uw trouw miskende - Drijf mij in dieper nacht, En dieper in de ellende! Mijn schuld lijkt niet zoo groot, Ik kan haar schrik wel dragen - Toch brengen al de dagen Mij dichter bij den dood. Toch drukt Uw hand op mij Zoo zwaar als nooit voordezen, Toch hunker ik om vrij, En weer bij U te wezen. Van alle troost en licht Hebt Gij mijn ziel verstoken - Nòg sta ik opgericht, En trots en onverbroken. Geen zon, geen schoonheid kan Mijn eenzaamheid verrijken, Geen liefde vrij bereiken. O God, verbreek mij dan! Geraert van Suylestein. Vorige Volgende