Chrysanten(ca. 1938)–Jef Mennekens– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 68] [p. 68] Vruchteloos verwachten Wanneer 't beminde wezen in de verte ons 't goede teeken van zijn liefde onthoudt, wat willen wij dan boos zijn in ons herte, wij die het steeds beminden, honderdvoud? Wat willen wij 't bezwaren om 't verlangen, dat in ons diepste zelf blijft onvervuld? Het voelt het niet, gelooft niet aan den bangen roep van ons eenzaam leed, en draagt geen schuld. Laat ons alleen bedroefd zijn om ons eigen; Was onze liefde groot, te weinig kracht heeft ze uitgestraald om zelfzucht te doen zwijgen. En daarom hebben wij vergeefs gewacht. Vorige Volgende