Chrysanten(ca. 1938)–Jef Mennekens– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 33] [p. 33] God Ik sprak: Geboren uit den diepsten drang van 's menschen ziel, o beelden vol bekoren, gevreesd en aangebeên, met bloem en zang verheerlijkt, in den nacht zoo schoon aan 't gloren; gij, met ons wee vertrouwd en al ons kwaad, omhangen met de paarsheid van ons zonden, die, trots gesloten, hoog te weenen staat, en, schoon wij schreien, branden doet ons wonden; die, troost van wie bedrukt is, zalving zendt aan simpelen van hart, uit hun gebeden de bloemensneeuw verwekt der zoetste Lent', en boden uit uw Eden tot hen laat treden; wat anders dan het beste van onszelf zijt gij, o beelden door ons ziel geschapen, levend door ons, die aan het hoog gewelf, zonder ons nood naar u, zoudt eeuwig slapen? Vorige Volgende