De bloeiende tuin(1930?)–Jef Mennekens– Auteursrecht onbekendGedichten voor klein en groot Vorige Volgende Waterke. Waterke, waterken uit de kan, waterke, wat zijt ge koud! Bange kindertjes zeggen dan: ‘'t Waterke, foei, is stout!’ Ei, ei, wat denkt ge daarvan, waterke, waterken uit de kan? Weet ge wat het waterke zei? ‘Wat vragen des morgens de handekens, wat vragen de voetekens bei? En wat, in den spiegel, de tandekens, het lachende snoetje daarbij? - Waterke, waterke, frisch en koel, speel met ons handekens, wasch en spoel, spoel er ons tandekens, wasch er ons voetje, wasch er ons snoetje, maak ze zoo schoon, zoo net en zoo rein, dat alwie het ziet, zoo zuiver wou zijn!’ Vorige Volgende