J.K. Rensburg 1870-1943. Een Joodse graalzoeker(1981)–Jaap Meijer, [tijdschrift] Engelbewaarder, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 107] [p. 107] XI. Dionysisch Futurisme. De trieste regen valt in dichte vlokken En na den regen komt er zonneschijn, Waarbij de donder, door den mist betrokken, In hagelslag lacht langs het wolkgordijn. De heete noordewind doet plots mij stokken. Zou ik op het verkeerde halfrond zijn? En die waait tot één vers van vier de brokken Dooreen. - Zij wagglen over d'ev'nachts-lijn, Als die 'k voor 't evenwicht om mij gebogen Nu zie, soms dubbel, keerkring voor mijn oogen. Toch volg 'k mijn Muze, dien een barometer In plaats van dichtros dient tot fiets door d'aether. Maar hoe - het hoofd van bols en port zoo zwaar - Krijg 'k weer die luchtgesteldhede' uit elkaar? Vorige Volgende