Hij loopt voor me uit, een beetje gebogen, terwijl hij praat. Door de natte
bladeren het heuveltje op. We kijken uit over het bos.
Bomans: ‘Maar ik ga vooruit. Wat ik gistermiddag op de televisie
deed... zomaar in debat gaan over een actueel onderwerp... 't Was niet goed, dat
weet ik wel... maar ik deed het. Ik schrijf nu in de
Volkskrant elke zaterdag een stukje, dat zou ik vijf jaar geleden niet
gedurfd hebben. Over gewone alledaagse dingen zomaar je mening geven. 't Gaat zo
langzaam, weet je...’
We staan voor een gigantische, volkomen verlaten villa, gluren door de ruitjes,
praten met de tuinman. Lopen daarna de weg op, het dorp Bloemendaal in.
Bomans: ‘Ik ben nu drieënvijftig, heb een dochtertje van
zes. Eva zegt “jij” en “jou” tegen
me, we praten over van alles, ze mag tegen me vloeken. En ik kom toch ook uit
zo'n nest waaruit m'n vader kwam. Maar ja, die vader van me, dat kolossale mens,
kwam ook uit een gek nest. Het eitje gaat open, er komt een kuikentje uit... dat
kuikentje wordt een haantje dat pikt... en dat haantje krijgt kinderen. En die
kinderen pikken hun kinderen. Ik niet.’
Het hotel waar we langzaam naartoe gewandeld zijn, is een bejaardenhuis geworden.
We staan wat ontheemd in de hal waar we te horen krijgen dat het uit is met de
koffie.
We lopen slenterend terug naar huis.
Bomans: ‘Ik vroeg je door de telefoon of je een angry
young man was, weet je nog wel. Ik heb net Look Back in
Anger gelezen. Dat vind ik een geweldig toneelstuk. Nu kun je wel
zeggen dat de term angry young man uit is... ik heb me af
zitten vragen, zo'n jongen die daar beschreven wordt... die is nog net te harden
als hij op papier staat, maar ik ken zo veel jongens die net zo zijn als hij...
Ja natuurlijk, een unhappy childhood is a writer's goldmine...
Van het Reve. Goed, goed, die had een thuis waar hij zich verveelde. Dat was ook
niet alles. Maar ik heb uit dat boek begrepen dat die vader een lieve man was.
Je kunt De Avonden niet met mijn jeugd vergelijken.
Dat stuk Op Weg Naar Het Einde, waarin hij zegt dat ik mijn
hele leven nog nooit één eerlijk woord gezegd of
geschreven heb. Wat is waar? Wat is eerlijk?
Ik heb geweldig genoten van dat stuk van Pinter. The Caretaker.
Ik verbaas me altijd over dat toneelspelen in Nederland. Ik ga veel liever naar
Londen om stukken te zien. Engeland is mijn vaderland.
Ze zijn zo bang in Nederland om te liegen. Dat kan best liggen aan het
calvinisme. Inderdaad. Van het Reve beschrijft inderdaad altijd dingen die
werkelijk gebeurd zijn.’