Het toneel der snaaken
(1738)–Jan Pietersz. Meerhuysen– Auteursrechtvrij
[pagina 82]
| |
bril op de neus settende, ende een boek voor houdende, vraagde hem, of die goed was: De Boer seyde, neen: En als hy 'er soo drie of vier beproeft hadde, en seyde elke maal datse niet goed en waren, soo vraagde hem de Brillemaaker, of hy ook lesen kost: De Boer antwoorde hem met een effen troonie: Indien ik lesen kon: Keerel, soo zou ik geen bril komen koopen. |
|