Tegens Sondag den 23. April, 1656.
WErd U E. ter Begraffenisse gebeden met het doode Lichaam van zalr. PHLIP KLAAZ. van RYN Burger tot Honstaardyk, Vryheer van Asbergen: Iachtmeester van Wijlen zijn Hoogheyt Wilhelmus van Nassou: Prince van Orangien, &c. En Voorsanger van den Eed'len Quinkert, in zijn leven gewesene Kelder-knegt van Aart Jansz. de Priester, en Hendrik Louwritsz. Bier-schaffers, Ordinaris loopende Buurmam van Pieter de Keen, Ligtmaker, en Ian Lucasz Spithof, Glasbreeker; Pothuis-bewaarder van Koenraat de Schoe-lapper; Dagelyksche Kalland van Egbert Pietersz. Arrakverkooper; Speciale Lagenoot van Goossen Panvis, Schouten-voerder; Konfrater van Jan Poulisz. Gouverneur van de Aschschuit? en Stads-roeper by nacht; Straat-veger van Maria de Spuyster; Rejoel-schoonmaker van Abraham van de Riviere Koopman; onbekende Kousijn van Joost van Breen, Zijde-schilder; Extraordinaris goede Vriend van al de Rotterdamsche Schippers,