kan zich geen denkbeeld vormen over de rivier. Zo meen ik dat het is wanneer men korte stukken uit een heel boek neemt. Wat voor vermaak of wijsheid doet men op als men slechts enkele regels uit Torec hoort zonder naar het geheel te kunnen luisteren?
Het is best mogelijk dat er hier en daar wat misgegaan is, want alle handschriften van uw eigen hand zijn verloren gegaan. We weten niet precies hoe u het zelf opgeschreven heeft. En wat die fragmenten betreft: u moet zich toch kunnen voorstellen dat de lezer uit de twintigste eeuw het niet kan opbrengen om die duizenden versregels van u te lezen, en dat hij alleen maar wat leuke voorbeelden, wat staaltjes wil leren kennen. Alleen al uw Spieghel historiael bevat 91000 versregels.
Van Maerlant: Luistert u eens goed hiernaar. De man die uit mijn werken gekopieerd heeft, noemt dit boek Maerlants werk. Juweeltjes van zijn hand. Maar kostbare juwelen stralen het schoonst en hebben een gunstige invloed wanneer ze in een ring of een ketting van goud gemonteerd zijn. Dat heb ik in Den corten lapidarys uitgelegd. Dat werk gaat over edelstenen, maar ik heb het niet bij de Juweeltjes aangetroffen.
We weten dat u dat geschreven heeft, maar er is geen exemplaar meer van bewaard gebleven.
Van Maerlant: Dat doet me leed om dat te horen. Heeft professor Van Oostrom wel goed gezocht?
Als hij het zelf niet gedaan heeft, dan heeft hij er zijn assistenten wel op afgestuurd. Die juweeltjes zijn overigens door een vrouw samengesteld.
Van Maerlant: Ik draag vrouwen een warm hart toe. Ze zijn van nature goed. Ze maken het leven aangenaam, zoals wijn of een haardvuur. Maar wie te veel wijn drinkt of te dicht bij het vuur komt, zal daar spijt van krijgen.
Mag ik een andere dan de vrouwenkwestie op het vuur zetten? Er is een nieuwe richting in de literatuurkritiek die zegt dat klassieken niet bestaan. Het is alleen zo dat sommige boeken klassiek worden genoemd door mensen die daar belang bij hebben, bijvoorbeeld om zich te onderscheiden van minder belezen mensen. Klassiek is dus een toegekende waarde.
Van Alphen, Beets en Van Maerlant door elkaar: Wat een misvatting! Bespottelijk! Er zijn toch getuigen dat ze werkelijk bestaan hebben!
Laat ik het anders zeggen. Wij gebruiken tegenwoordig geen zilveren of gouden munten meer, maar papieren geld, dat een bepaalde waarde vertegenwoordigt. Eigenlijk blijft het gewoon waardeloos papier. Alleen is afgesproken dat een papier dat op een bepaalde manier bedrukt is, een bepaalde waarde heeft. Wie zo'n stuk papier in brand zou steken, verbrandt geen waarde, maar slechts een symbool. Men zou de klassieken kunnen vergelij-