Verzamelde gedichten(1941)–H. Marsman– Auteursrecht onbekend Vorige [pagina 201] [p. 201] De zee [pagina 202] [p. 202] LI ‘Wie schrijft, schrijv' in den geest van deze zee of schrijve niet; hier ligt het maansteenrif dat stand houdt als de vloed ons overvalt en de cultuur gelijk Atlantis zinkt; hier alleen scheert de wiekslag van het licht de kim van het drievoudig continent dat aan ons lied den blanken weerschijn schenkt van zacht ivoor en koolzwart ebbenhout, en in den dronk den geur der rozen mengt met de extasen van den wingerdrank. hier golft de nacht van 't dionysisch schip dat van de Zuilen naar den Hellespont en van Damascus naar den Etna zwierf; hier de fontein die naar het zenith sprong en regenbogen naar de kusten wierp van de moskee, de tempel en het kruis. hier heeft het hart de hooge stem gehoord waardoor Odysseus zich bekoren liet en 't woord dat Solon te Athene sprak; en in de branding dezer kusten brak de trots van Rome en van Babylon. zoolang de europeesche wereld leeft en, bloedend, droomt den roekeloozen droom waarin het kruishout als een wijnstok rankt, ruischt hiér de bron, zweeft boven déze zee het lichten van den creatieven geest.’ 1939 Vorige