Verzamelde gedichten(1941)–H. Marsman– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 127] [p. 127] Herman Gorter Hij was van vuur. een golf, een vlam, een stroomend stuk natuur, blinkend als water in den zomerdag. nooit, sinds ik hem zag, zag ik nog een man wiens wezen zoo bezielend overkwam tot in zijn blik, zijn praten en zijn gang. een rechte beuk, ook toen zijn einde kwam. de bliksem sloeg en van de bergen dreunde het naar zee, met echo's naar de sterren en de sneeuw en door de bloemen drong het in den grond: - ‘hij, die voor jaren in ons midden stond en afscheid nam om in de taal der menschen, juichend en kermend, niets dan het verhaal te zingen van het geluk, hij keert terug, hij is al doorgedrongen in aarde's moederschoot en blinkend in zijn oorsprong opgenomen, en door zijn dood gezuiverd van de pijn dichter te zijn in een verschroeiden tijd. hij, die vol hartstocht langs de aarde dwaalde, de schoonheid zocht en zong onder de blauwe tenten van den zomer en bij het gouden vuur des winters, [pagina 128] [p. 128] hij kwam terug, hij is weer element onder de elementen een golf, een vlam, een stroomend stuk natuur.’ Vorige Volgende