maar ze is er op hetzelfde moment van overtuigd, heel zeker van, dat alles een paar graden gekanteld is. De wereld is niet zoals wij erin zijn weggezakt.
Oppositie.
De aktie van de dummies vertoont de stijfheid die ledepoppen betaamt.
Regisseur tussen de koulissen: ‘Ik heb nooit kritiek op mijn personages, alleen op de omstandigheden waarin ze leven.’
Iedereen zwijgt opeens. Van de rangeerterreinen achter de muren klinkt gehamer en, dichterbij, regelmatig als het geluid van een pendule (de belofte van schijnbaar eindeloze tijd wiegt haar in slaap, maar de wijze waarop het tikken haar kamer vult en tegelijk het verstrijken van die tijd registreert, benauwt haar opeens ontzettend)
het geluid van marcherende voeten. ‘La Rivoluzione o la Morte!’ Een man met spierwit haar loopt roepend voorop. ‘Zingen, verdomme, zingen! Ze moeten ons horen zíngen!’
De feesten van angst en pijn.
Voorbeelden dus:
1566 - Bij de eerste hagepreek zijn slechts vier gewapende mannen aanwezig. Van de vijfde preek keren de mannelijke toehoorders in gesloten gelederen naar de stad terug, maar zij zijn ogenschijnlijk niet bewapend. Bij de achtste bijeenkomst verschijnen voor de eerste keer bereden patrouilles die de samenkomst moeten beschermen tegen een eventuele overval. Voor zo'n overval wordt bij de negende vergaring niet zonder reden gevreesd; hier is dan ook voor het eerst een groot gedeelte van de aanwezigen met degens, hellebaarden, haakbussen en pistolen bewapend. Bij de tiende hagepreek verschijnen ook de ruiters met pistolen en de elfde wordt besloten met een soort parade. Bij de twaalfde samenscholing zijn bijna alle mannelijke toehoorders van wapens voorzien en er verschijnen dan ook boeren met hooivorken en dorsvlegels. In de omgeving patrouilleren zo'n dertig ruiters, bij de dertiende vergadering zijn dat er zelfs vijftig en bij de veertiende telt men er zestig. Twee weken later trekken de hage-