De kerck der deucht
(1977)–Karel van Mander– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 33]
| |||||||
Bibliografische aantekeningGa naar voetnoot1.De druk van De kerck der DeuchtGa naar voetnoot2. waarvan zich een exemplaar bevindt in de Koninklijke Bibliotheek te BrusselGa naar voetnoot3. beslaat één, met A gesigneerd katern in kwarto. De vraag doet zich voor of op grond van het gebruikte typografisch materiaal vastgesteld kan worden wie de drukker is geweest en wanneer deze druk tot stand gekomen kan zijn.
Vervliet stelt in zijn Sixteenth-century printing types of the Low Countries dat, hoewel voor de 16de (en 17de) eeuw niet meer kan worden aangenomen dat elke drukker de exclusieve eigenaar was van een bepaald lettertypeGa naar voetnoot4., de methode om drukken op grond van hun | |||||||
[pagina 34]
| |||||||
typografisch materiaal te identificeren voor die periode allerminst afgeschreven hoeft te worden, wanneer men als identificatie-criterium maar het voorkomen van een bepaalde combinatie van verschillende lettertypen hanteertGa naar voetnoot5.. Hoe gevarieerder het typografisch materiaal, met hoe meer zekerheid een identificatie mogelijk is: ‘If... there are more than one typeface, the number of possible printers is narrowed; and should there be as many as four different types, there is, as a rule, only one printer to be associated with them, or at any rate, the number of possible printers is so small that other criteria (language, content, illustration, paper, minutiae) will generally lead to a conclusion.’Ga naar voetnoot6.
Het typografisch materiaal van de hier onderzochte druk vertoont de volgende variatieGa naar voetnoot7.:
| |||||||
[pagina 35]
| |||||||
| |||||||
[pagina 36]
| |||||||
We beschikken niet over samenvattende overzichten van het typografisch materiaal dat voorkomt in Nederlandse 16de- en 17de-eeuwse drukken. Het werk van Vervliet inventariseert alleen lettertypen van Noord- en Zuidnederlandse herkomst. Daar er veel materiaal uit het buitenland, met name van Franse origine, gebruikt werd, is het boek voor de identificatie van drukken, in ieder geval in eerste instantie, niet geschiktGa naar voetnoot9.. De enige mogelijkheid is derhalve onderzoek van het materiaal van afzonderlijke drukkers. Het ligt voor de hand te beginnen bij die drukkers bij wie het overige werk van Van Mander van de pers gekomen is. Dit zijnGa naar voetnoot10.:
| |||||||
[pagina 37]
| |||||||
Van dezen heeft Gillis Rooman al het hierboven beschreven typografisch materiaal in zijn bezitGa naar voetnoot13., evenals zijn zoon Adriaen, maar deze laatste met één uitzondering waar ik zo dadelijk op terug zal komen. Nu lopen we met deze wijze van werken wellicht enig gevaar, omdat voor zover ik heb kunnen nagaan we hier te maken hebben met lettermateriaal dat, ieder type op zichzelf beschouwd, door veel drukkers gebruikt werd. Van de Rkap8, waarschijnlijk gesneden door Peter Schoeffer de jongere en voor het eerst gebruikt door de drukker-uitgever Froben te Bazel, schrijft Vervliet: ‘The capitals are to be found in books printed in all parts of western Europe, until, from about 1540-50, they were superseded by Garamont's and Granjon's display letters’Ga naar voetnoot14.. De R94 en R80, beide van Garamond, en de C83, van Granjon - voorbeelden van de hiervoor bedoelde ‘display letters’! - werden, onder anderen, ook door Plantijn gebruiktGa naar voetnoot15.. Maar zelfs als al dit materiaal zo algemeen gebruikt werd dat Vervliets norm van vier verschillende typen er door ondergraven zou worden, dan nog zullen wij het er mee moeten doen. Immers, als het zo zou zijn dat meerdere drukkers dit zelfde materiaal gebruiken, dan zouden wij - om Vervliets woorden aan te halen - op grond van andere criteria tot een conclusie moeten komen. En welk criterium ligt dan meer voor de hand dan dat van de drukker-uitgever bij wie Van Mander in de periode waaruit het gedicht blijkens zijn inhoud | |||||||
[pagina 38]
| |||||||
dateertGa naar voetnoot16., al zijn werk liet drukken?
Dankzij het werk van Laceulle is vast te stellen gedurende welke periode Gillis Rooman dit materiaal gebruikteGa naar voetnoot17.. Daarbij moeten we dan uiteraard ook de drukken van zijn zoon Adriaen, die hem na zijn dood in 1610 opvolgdeGa naar voetnoot18., betrekken. Ten aanzien van deze laatste beperkte ik mij tot drukken aanwezig op de Universiteits Bibliotheek te Amsterdam en verschenen tot 1630Ga naar voetnoot19.. Wat betreft de datering van het materiaal kunnen we het volgende vaststellen: De R94, Rkap8 en C83 vormden reeds vanaf het begin het drukmateriaal van Antonis Ketel, die zich in 1581 als drukker in Haarlem had gevestigdGa naar voetnoot20. en wiens bedrijf na zijn dood door Gillis Rooman in 1584 overgenomen werdGa naar voetnoot21.. Alle drie de typen komen ook nog bij Adriaen Rooman (in ieder geval tot 1630) regelmatig voor. De R80 verschijnt voor het eerst in 1594 bij Gillis RoomanGa naar voetnoot22. en blijft in gebruik (weer in ieder geval tot 1630). De Rkap4 verschijnt bij Gillis voor het eerst in de Bybel van 1595-98 en dateert misschien van 1598. Deze letter komt eveneens verder steeds voor. Het sluitstuk 4 verschijnt ook voor het eerst in de Bybel van | |||||||
[pagina 39]
| |||||||
1595-98 en dateert waarschijnlijk van 1595Ga naar voetnoot23., maar komt na 1612 niet meer voor in de door mij bekeken drukken van Adriaen Rooman. De initiaal D tenslotte komt voor vanaf 1594Ga naar voetnoot24., maar ontbreekt in ieder geval vanaf 1611. Dit laatste geval behoeft enige argumentatie. Andere letters van de initiaal-21-serie komen namelijk in de door mij bekeken, door Adriaen Rooman tot 1630 gedrukte boeken voortdurend voor. Zo ook in Van Manders Ilias-vertaling van 1611Ga naar voetnoot25.. Elk van de twaalf | |||||||
[pagina 40]
| |||||||
boeken begint met een initiaal van deze serie, maar daar waar de D nodig isGa naar voetnoot26. gebruikt de zetter steeds het D-initiaal van een kleinere serieGa naar voetnoot27.. De veronderstelling ligt voor de hand dat het D-initiaal uit de initiaal-21-serie zoek of stuk geraakt is. Dit vermoeden wordt bevestigd door het feit dat in de volgende drukken van Adriaen Rooman, daar waar het D-initiaal van de grote serie nodig is, er steeds een ander exemplaar wordt gebruikt, ook wanneer in het zelfde boek verder steeds letters van de initiaal-21-serie voorkomen. Dit andere exemplaar, hiernaast afgebeeld, is in afmetingen en stijl gelijk aan de oorspronkelijke D, maar verschilt er toch duidelijk van en is grover van afwerkingGa naar voetnoot28.. De verklaring moet wel zijn dat voor de zoek of stuk geraakte oorspronkelijke D een vervanger is gemaaktGa naar voetnoot29.. Uit: Nieuwe Ordonnantie, p. 3.
Op grond van deze gegevens kan geconcludeerd worden dat de druk van De kerck der Deucht uit de Koninklijke Bibliotheek te Brussel bij Gillis of Adriaen Rooman tussen 1595-98 (misschien 1598) en 1611 van de pers gekomen moet zijn. Schokkend is dit gegeven niet. Met name is niet uitgemaakt of wij hier met een druk te maken hebben die van voor of van na de verschijning van het gedicht in Den Nederduytschen Helicon dateert. | |||||||
[pagina 41]
| |||||||
Wel is het waarschijnlijk dat we hier met een vroegere druk te maken hebben. Hiervoor hebben we immers al gezien dat Van Mander na 1603 zijn werk niet meer bij Gillis Rooman laat uitgeven, maar vóór 1603 steeds wel. Daar het gedicht geschreven is voor het nieuwe jaar 1600, lijkt de veronderstelling dat het - als nieuwjaarsgift voor zijn vriendenkring? - in of kort voor 1600 bij Gillis Rooman verschenen is, niet al te gewaagd. Blijft over de vraag of dit met A gesigneerde katern afkomstig is uit een groter geheel. Uit een van de bekende drukken van Gillis Rooman kan het, blijkens de beschrijvingen van Laceulle, niet afkomstig zijn en evenmin hoort het thuis in de door mij bekeken drukken van Adriaen Rooman. De mogelijkheid blijft uiteraard open dat het afkomstig is uit een onbekende Rooman-druk, maar aannemelijker lijkt het mij vooralsnog dat wij hier te maken hebben met een apart, uit één 40-katern bestaand uitgaafje, wat een ondersteuning betekent van de gedachte dat we hier te maken hebben met een gulden nieuwjaarsgift voor de vriendenkringGa naar voetnoot30.. Marijke Spies |
|