De kerck der deucht
(1977)–Karel van Mander– Auteursrechtelijk beschermdKarel van Mander, De kerck der deucht (ed. Hessel Miedema en Marijke Spies). Thespa, Amsterdam 1977 (2de druk)
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van de tweede druk van De kerck der deucht van Karel van Mander, in een editie van Hessel Miedema en Marijke Spies uit 1977. De eerste druk van de editie dateert uit 1973. Het oorspronkelijke werk dateert uit 1600.
redactionele ingrepen
p. 42: accolades verspreid over meerdere regels kunnen in deze digitale versie niet weergegeven worden. Daarom wordt de accolade hier, met bijbehorende tekst, op iedere regel herhaald.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (2, 4, 6, 8, *2, *6, *18) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[ binnenkant voorplat]
De kerck der deucht
De kerck der deucht (1600) is een van de minst bekende grote gedichten van Karel van Mander de Oude. Het is een gelegenheidsgedicht, gericht aan Van Manders collega-schilder en dichter Cornelis Ketel naar aanleiding van de ziekte van beider gemeenschappelijke vriend Hendrik Goltzius. De tekst is een emulerende bewerking van Ronsards gedicht ‘La vertu amoureuse’.
Van Mander gaat in De kerck der deucht diep in op de platonische aspecten van het kunstenaarschap en van de vriendschap tussen kunstenaars onderling, en met name op de relatie tussen deugd en kunstenaarschap.
Door dit alles vormt het gedicht een belangrijke bron voor de kennis van kunst- en literairtheoretische opvattingen in Nederland rond 1600 en is de editie zowel voor kunsthistorici als voor literatuurhistorici van belang; de samenwerking, bij het maken van een gekommentarieerde teksteditie, tussen een Neerlandica en een kunsthistoricus is dan ook niet toevallig. De editie is voorzien van een los ingevoegde facsimile van Van Manders tekst naar het enig bekende exemplaar van de oorspronkelijke uitgave, met Ronsards tekst op de tegenoverliggende bladzijden.
uitgeverij koninginneweg 164 amsterdam
ISBN 90 6185 111 4
[pagina 1]
De Kerck der Deucht
[pagina 3]
Amsterdamse smaldelen 5
Karel van Mander (1548-1606)
De Kerck der Deucht
uitgegeven en van commentaar voorzien door
Hessel Miedema en Marijke Spies
thespa
[pagina 7]
Inhoud
Voorwoord | 5 |
Afkortingen | 9 |
Inleiding | 11 |
Bibliografische aantekening | 33 |
Korte inhoudsopgave van de Kerck | 42 |
Commentaar | 43 |
[pagina 88]
Colofon
Karel van Manders De Kerck der Deucht, in een tweede verbeterde editie van Hessel Miedema en Marijke Spies, is uitgegeven in opdracht van de Stichting Heliogabalos te Amsterdam. De eerste editie was in eigen beheer uitgegeven in 1973.
Deze uitgave is tot stand gekomen door bemiddeling van de redactie van Spektator, tijdschrift voor Neerlandistiek, te dien einde uitgebreid met C.S. Hamans, namens de Stichting Heliogabalos belast met de reeks Amsterdamse smaldelen.
Het boek verscheen in september 1977 bij uitgeverij Thespa te Amsterdam, in een oplage van 1000 exemplaren.
Omslagontwerp en lay-out: Ernst Schilp
Druk: Wim Schroot, Amsterdam
Bindwerk: Buddelmeijer, Amsterdam.
De uitgave van De Kerck der Deucht is mede mogelijk geworden door steun van het Prins Bernhard Fonds.
© 1977 H. Miedema en M. Spies
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotocopie, microfilm of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever en/of auteurs.