geslagen, de haren als een aureool op het kussen uitgespreid, de handen ineengevouwen op het laken, leek ze het toonbeeld van lieflijkheid en onschuld.
Norton huiverde. Hij wist wat er nog voor hem weggelegd was, de zorg om haar zo snel mogelijk naar Engeland terug te brengen, haar kalm zien te houden, totdat deze reis voorbij zou zijn en daarna het troosteloze leven dat hem wachtte, de teleurstelling van zijn vrouw, dat was nog een van de ergste dingen. Dat te overwinnen, zou hij daar de kracht toe hebben?
Hij zuchtte, keerde zich om en begon zich uit te kleden. God, het was goed eindelijk te kunnen liggen, dacht hij. Hij sloot de ogen, maar op hetzelfde moment begonnen zijn gedachten zich bezig te houden met de toekomst, met de moeilijke opgave het zijn vrouw te vertellen. Lois was zo hoopvol geweest, toen de goede berichten begonnen te komen, toen die steeds beter werden en in hun hart de hoop begon te leven, dat er eens een gunstige wending zou komen, zodat Grace eindelijk weer bij hen terug kon komen.
Ze waren zelfs begonnen haar kamer voor haar in te richten in het grote landhuis, met hoeveel zorg had Lois de dingen gekozen, die ze dacht dat voor een meisje van haar leeftijd prettig zouden zijn. Een kaptafel, frisse lichte meubeltjes, een zilveren toiletgarnituur, schilderijtjes, gordijnen. Geld had geen rol gespeeld. Geld speelde gelukkig nooit een rol, vooral niet nu het zo goed besteed kon worden.
‘Een eigen auto,’ zei Lois, ‘denk je niet, dat ze dat leuk zou vinden?’
Hij keek een beetje twijfelachtig.
‘Denk je dat dat verstandig is?’
‘Natuurlijk. Daar moeten we nou niet meer aan denken, dat is nu voorbij. Ze moet alles hebben wat ze wil om die jaren te vergeten.’
‘Maar zou ze die misschien niet bever zelf uitzoeken?’