ditie hier bedoeld wordt. De verwijzing is door Maerlant overgenomen uit zijn bron (ed. Sommer, ii, p. 19, noot 4, zie ook de ed. Micha, p. xxvi-xxviii, en Besamusca en Brandsma 1996, p. 116, noot 5).
Pagina 30
zes of zeven meter: in het handschrift staat ‘dre vademe ofte vier’; een vadem is circa 1,80 m.
strootjes: de geleerden trekken strootjes om te bepalen wie de boodschap (namelijk: dat zij niet weten waarom de toren instort) aan Vortigern moet overbrengen.
Pagina 31
Merlant: In het Oudfrans (en ook elders in de Middelnederlandse tekst) verblijft Blasius/Blaise in Northumberland. Hier lijkt een spelletje gespeeld te worden door de dichter Jacob van Maerlant/Merlant. Zie Besamusca en Brandsma 1996, p. 121.
Je... leven: er is voor deze zinsnede een versregel weggevallen, vgl. ed. Sodmann, vs. 4767, die hier is aangevuld op basis van het Oudfrans (ed. Sommer, ii, p. 27, r. 33; ed. Micha, p. 99, r. 23-24).
Pagina 38
De koning schatte hem als de winnaar in: de vertaling is onzeker. Maerlants tekst lijkt te zeggen dat de koning zelf de draak overwint, maar dat past niet in de context. De Franse tekst geeft aan dat de koning denkt dat de rode draak de witte zal overwinnen (ed. Sommer, ii, p. 33, r. 14; ed. Micha, p. 115, r. 40-41).
Pagina 40
Robert: Maerlants bron, Robert de Boron.
Pagina 41
Aurelius en Ambrosius: worden hier in het handschrift als twee