Scolastica of Rijmbijbel
Theologie op maat
‘Maria, bron van genade, ik dank u dat u gedaan hebt waarom ik u aan het begin van mijn werk vroeg: ge hebt mij gesteund bij de voltooiing ervan. Op de dag dat de komst van Jezus Christus aan u bericht werd [25 maart, Maria-Boodschap], heb ik dit werk voltooid, en sinds de geboorte van uw Zoon zijn er 1270 jaar verstreken.’ Met deze woorden, aan het eind van zijn bijna 35.000 versregels tellende Scolastica of Rijmbijbel, besluit Jacob van Maerlant het eerste werk uit de Nederlandse literatuurgeschiedenis waarvan de datum van voltooiing zó precies, tot op de dag, bekend is.
Men zou bijna denken dat hij met een zucht van verlichting de pen moet hebben neergelegd, want gekomen aan het pinksterverhaal, na ruim 27.000 verzen, op het moment waarop de discipelen, vervuld met de Heilige Geest, er op uit trekken om te prediken, bericht Maerlant zijn publiek dat het wat hem betreft nu wel ‘rustens tijt’ is. Maar zijn ‘goede vrient’, zijn ditmaal niet met name genoemde opdrachtgever, heeft hem dringend verzocht de lotgevallen van het joodse volk verder te verhalen: hoe hun rijk veroverd werd door de Romeinse keizers Vespasianus en Titus en hoe uiteindelijk Jeruzalem verwoest werd. De verwoesting van Jeruzalem (70 na Chr.) werd in de Middeleeuwen vaak beschouwd als welverdiende, door God aan de joden gezonden straf in verband met hun schuld aan Christus' kruisiging, en kon als logisch vervolg op de gebeurtenissen in het Nieuwe Testament gezien worden.
‘Het zou niet erg beleefd zijn een verzoek waaraan ik kan voldoen, te weigeren,’ aldus Maerlant, en daarom vervolgt hij zijn verhaal met nog eens meer dan 7500 versregels, gebaseerd op de woorden van ‘Josephus, diet selve sach’, een ooggetuigenverslag dus, zoals de joodse geschiedschrijver Flavius Josephus dat gaf in zijn Bellum judaicum (De joodse oorlog). Deze laatste 7500 regels worden gewoonlijk aangeduid met de naam Wrake van Jerusalem, een titel die overigens niet van Maerlant zelf afkomstig is.
Evenmin als Wrake van Jerusalem is ook de algemeen ingeburgerde benaming Rijmbijbel ooit door de Middelnederlandse dichter zelf gebezigd ter