Alexanders geesten
(1882)–Jacob van Maerlant– AuteursrechtvrijJacob van Maerlant, Alexanders geesten (ed. Johannes Franck). J.B. Wolters, Groningen 1882
-
gebruikt exemplaar
exemplaar universiteitsbibliotheek Leiden, signatuur: VGB Ned 34 5200
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Alexanders geesten van Jacob van Maerlant in de editie van Johannes Franck uit 1882. Het originele werk dateert uit de dertiende eeuw.
redactionele ingrepen
p. π9: de ‘Corrigenda et addenda’ op deze pagina zijn niet doorgevoerd in de lopende tekst.
p. 1: de kop ‘Tekst’ is tussen vierkante haken toegevoegd.
p. 149: in het origineel is een gedeelte van de tekst slecht leesbaar. In deze digitale editie is [...] geplaatst.
p. 427: 579 → 570: ‘570. Is besconen’
p. 406: 1335 → 1355: ‘1355. Het in het Hd. zoo gewone adverb. gar, (...)’
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (p. π2, π4, π10, 394 en 396) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina ongenummerd p. (π1)]
BIBLIOTHEEK
VAN
MIDDELNEDERLANDSCHE LETTERKUNDE
ONDER REDACTIE VAN
Dr. H.E. MOLTZER
Hoogleeraar te Groningen,
EN
Dr. JAN TE WINKEL
Praeceptor aan het Gymnasium te Groningen.
MET MEDEWERKING VAN
Prof. W.G. BRILL Prof. J.F.J. HEREMANS, Prof. W.J.A. JONCKBLOET,
Prof. J. VERDAM en Prof. M. DE VRIES.
TE GRONINGEN BIJ J.B. WOLTERS, 1882.
[pagina ongenummerd (p. π3)]
ALEXANDERS GEESTEN,
VAN
JACOB VAN MAERLANT.
OP NIEUW UITGEGEVEN
DOOR
Dr. JOHANNES FRANCK
PRIVAATDOCENT AAN DE UNIVERSITEIT TE BONN.
TE GRONINGEN BIJ J.B. WOLTERS, 1882.
[pagina ongenummerd (p. π6)]
Stoomdrukkerij van J.B. Wolters.
[pagina ongenummerd (p. π11)]
INHOUD.
Blz. | ||
---|---|---|
inleiding | I-XCVI. | |
I. | handschrift en fragmenten. eerste uitgave | I-V. |
II. | tijd en plaats van vervaardiging | VI-XII. |
III. | plaats van het gedicht in de letterkunde | XII-XIX. |
Didaktische richting XIII - nieuwheid van de stof XV - van den vorm XVI - bekendheid van den Alexander XVI - bekendheid met den Reinaert XVII. | ||
IV. | maerlants bronnen | XIX-LII. |
Gautier de Chatillon XIX - overzicht der toevoegsels over Alexanders geschiedenis XIX-XXIV - Pseudokallisthenische overlevering XXIV - Joodsche overlevering XXIV - geschiedkundige bron XXVII - oorlog tegen de Skythen XXVIII - sage van het slangenmeisje XXIX - Alexandri Magni Epistola XXX - bron van dit werk XXXIV - uitweidingen XXXV - Honor. Augustodunensis Imago mundi XXXVII - Maerlant's verhouding tot Hon. XLI - onjuistheid van Doberentz oordeel over Honorius XLII - de kaart van Hereford XLIII - vriendschapssage XLIII - Maerl. gebruikt het Epitome uit Jul. Valerius XLVI - hij had Curtius gelezen XLIX - hij kende een werk, waar de verhalen van joodschen oorsprong vereenigd waren L - hij heeft zelf enkele episodes verzonnen L - de uitkomsten van het onderzoek samengevat LI. |
[pagina ongenummerd (p. π12)]
Blz. | ||||
---|---|---|---|---|
V. | maerlants verhouding tot zijne bronnen | LII-LXII. | ||
VI. | hulpmiddelen bij de tekstkritiek | LXII-LXXXIX. | ||
A. | Onzuivere rijmen | LXIII-LXXIII. | ||
1. | In de consonanten XLIV-LXVI - 2. in de vocalen LXVII-LXXIII. | |||
B. | ‘Rührende’ Rijmen | LXXIII-LXXVI. | ||
C. | Behandeling van de E | LXXVI-LXXVIII. | ||
D. | Ongelijksoortige op elkander rijmende O's. | LXXVIII-LXXIX. | ||
E. | Vrijheden bij vreemde woorden | LXXIX-LXXXI. | ||
F. | Verplaatsing van den klemtoon in het rijm. - Rijmen van drie en meer lettergrepen. - Het rijm meermalen herhaald. | LXXXI-LXXXII. | ||
G. | Apocope | LXXXII-LXXXVIII. | ||
H. | Over eenige wisselvormen | LXXXIII-LXXXVIII. | ||
VII. | verhouding van de uitgave tot het h.s. | LXXXIX-XCVI. | ||
tekst | 1-393. | |||
aanteekeningen | 397-505. | |||
register der behandelde woorden, uitdrukkingen enz. | 506-512. |