Praeludium(1941)–Loe Maas– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 40] [p. 40] Verronnen leven Van toen de man, die zacht-tevreden haar vreugd en smart verankerd had in d'eigen kracht, haar was ontgleden... van toen zij voelde, eenzaam, dat zij stil en koel was losgesneden uit 't leven als een waardloos blad en geen der zoete zorglijkheden nog zin en kleinen troost bezat... werd elke dag een zwijgend wachten, de handen doelloos in den schoot - de handen die zich eeuwig dachten en niet te missen. En ongenood ontwaakten niet meer stroef, gedachten aan heengaan, als zij d'oogen sloot. Vorige Volgende