Praeludium(1941)–Loe Maas– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 21] [p. 21] Sitio Ik proef aan mijnen mond de pijn der twaalfmaal duizend monden die hunkerend naar troost en wijn slechts gal en edik vonden. Ik voel in mijne hand den kramp der twaalfmaal duizend handen die reikten naar een licht, een lamp: geen liefde wou ontbranden. De wereld draagt een bloedend hart. Mijn hoofd is stervensmoede. Het uur wordt aan mijn lippen zwart. Geen hart kan eeuwig bloeden en dorsten. Komt! De liefde sterft. Kan God noch mensch hier troosten? Gij die met Mij den dood doorzwerft: het Licht rijst in het Oosten! Vorige Volgende