Het leerzaam huisraad
(1977)–Jan Luyken– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 122]
| |
Tot behouding.
Maar die Christus zyn, hebben het Vlees gekruist met de beweegingen en begeerlykheden. Gal: V: 24.
| |
[pagina 123]
| |
Op Figuur XXXV.
Indien men hier het Zout wouw spaaren,
Hoe zouw men 't Osse-vlees bewaaren?
Maar 't menschen-vlees dat stinkt alreê,
Dewyl 't van acht'loosheid vergeeten,
Niet wel met Zout en wierd besmeeten,
Gelyk men 't vlees der Dieren deê.
Wat tegenweer was hier ten goede,
Om 't zelve voor 't verderf te hoede?
Dat is het scherp, doordringend Zout,
Van 't Vlees zyn wil en lust te breeken,
Zo dat het daag'lyks blyft versteeken,
Van 't geene daar het veel af houd.
ô Waarde Ziel! u is, van Gode,
Die zouting van uw Vlees geboode;
Gy zyt de waard, u is 't bevel:
Gy moet het niet van Zout verschoonen,
Om in geen stinkend Vlees te woonen,
't Geen u mogt trekken na de Hel.
Want stinkende en verrotte dingen,
Die in haar eigen vuil vergingen,
| |
[pagina 124]
| |
Behooren op de hoop der Mest.
Daarom, ô Ziel! bedwingt uw leeden,
Der aardsgezindheid hier beneden.
Dat is u ver het alderbest.
| |
Matth: V: 13.Gy zyt het zout der aarde: indien nu het zout smaakeloos word, waar mede zal [het] gezouten worden? Het en deugd nergens toe meer, dan om buiten geworpen, en van de menschen vertreeden te worden. | |
Markus IX: 49, 50.Want een ieder zal met vuur gezouten worden, en ieder offerhande zal met zout gezouten worden.
Het zout is goed, maar indien het zout onzout word, waar mede zult gy dat smaakelyk maaken? Hebt zout in u zelven, en houd vrede onder malkanderen. | |
Lukas IX: 23.En hy zeide tot allen, Zo iemant achter my wil komen, die verloochene hem zelven, en neeme zyn kruis dagelyks op, en volge my. | |
[pagina 125]
| |
Romeinen VI: 6.Dit weetende dat onzen ouden mensche met [hem] gekruisigt is, op dat het lichaam der zonde te niete gedaan worde, op dat wy niet meer de zonde en dienen. | |
1 Kolossenzen IV: 5, 6.Wandeld met wysheid by de geene die buiten zyn, den bequaamen tyd uitkoopende.
Uw' woord zy alle tyd in aangenaamheid, met zout besprengd, op dat gy moogt weeten hoe gy eenen iegelyken moet antwoorden. | |
2 Timoth: I: 13, 14.Houd het voorbeeld der gezonde woorden, die gy van my gehoord hebt, in geloove en liefde die in Christus Jezus is.
Het goede pand dat [u] toebetrouwt is, bewaard door den Heiligen Geest, die in ons woond. |
|