Het leerzaam huisraad
(1977)–Jan Luyken– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 38]
| |
Wat mag het baaten.
Zo wie nu het goed der wereld heeft, en ziet zynen broeder gebrek hebben, en sluit zyn herte toe voor hem, hoe blyft de liefde Gods in hem. 1 Joan: III: 17.
| |
[pagina 39]
| |
Op Figuur XI.
Die hong'rig in de keuken quam,
En in het omzien na verzaaden,
Veel leege Schotelen vernam,
Zyn Eet-lust zouw ze al versmaaden.
Want Een, al was hy slecht van stof,
Voorzien met opgediste spyze,
Verdienden achtbaarheid en lof,
Hy zouw ze boven allen pryze.
Wat vind men in des werelds huis
Veel leege Schotels van Gemoeden,
Den honger vind'er niemant t'huis
Om zyn begeerte mee te voeden.
Want deeld de mensch aan Gode mis,
En aan de Deugd, zo volgt het vraagen,
Of Hy geen leege Schotel is,
In wien geen Spys word opgedraagen?
De Schotel is dan 't Oogwit niet,
Maar slechts een Vat van 't waardig wezen:
Het Vlees is 't niet daar God op ziet,
Maar 't Geest'lyk Herte werd gepreezen.
| |
[pagina 40]
| |
Matth: XXV: 28, 29, 30.Neemt dan van hem het talent weg, en geeft het den geenen, die de tien talenten heeft. Want een iegelyk die heeft [dien] zal gegeeven worden, en hy zal overvloedig hebben: maar van den geene die niet en heeft, van dien zal genoomen worden ook dat hy heeft. En den onnutten dienstknecht werpt uit in de buitenste duisternisse, daar zal weeninge zyn en knerzinge der tanden. | |
2 Korinthen IV: 6, 7.Want God die gezegt heeft dat het licht uit de duisternisse zoude schynen, is de geene die in onze herten gescheenen heeft, om [te geeven] verlichtinge der kennisse der heerlykheid Gods in 't aangezicht van Jezus Christus. Maar wy hebben dezen schat in aarden vaten, op dat de uitneementheid der kracht zy Godes, en niet uit ons. | |
Titus III: 14.En dat ook de onze leeren goede werken voor te staan tot noodig gebruik, op dat zy niet onvruchtbaar en zyn. | |
[pagina 41]
| |
Jakobus II: 14, 15, 16, 17.Wat nuttigheid is het, myne broeders, indien iemant zegt, dat hy het geloove heeft, ende en heeft de werken niet? kan dat geloove hem zalig maaken? Indien'er nu een broeder of zuster naakt zouden zyn, en gebrek zouden hebben van dagelyks voedsel: En iemant van u tot haar zoude zeggen, Gaat heenen in vrede, word warm, en word verzadigt: en gy-lieden en zoudet haar niet geeven de nooddrustigheden des lichaams, wat nuttigheid is dat? Alzo ook het geloove, indien het de werken niet en heeft, is by hem zelven dood. | |
2 Petrus I: 5, 6, 7, 8.En gy tot het zelve ook alle naarstigheid toebrengende, voegd by uw' geloove deugd, en by de deugd kennisse, En by de kennisse maatigheid, en by de maatigheid lydzaamheid, en by de lydzaamheid Godzaligheid, En by de Godzaligheid broederlyke liefde, en by de broederlyke liefde, liefde [tegen alle.] Want zo deze dingen by u zyn, en [in u] overvloedig zyn, zy en zullen [u] niet leedig noch onvruchtbaar laaten in de kennisse onzes Heeren Jezus Christus. |
|