De Duytse lier als liedboek
De
Duyse lier wordt al dadelijk op de titelprent en
de titelpagina als liedboek geannonceerd. Op de titelprent van 1671 ziet men
links een ‘duitse lier’ of ‘draailier’ afgebeeld,
bespeeld door een sater, en rechts een tamboerijn, bespeeld door een dansende
vrouw, terwijl twee andere vrouwen in het midden staan te zingen. De
muziekinstrumenten zijn een toespeling op het liedboekkarakter van de bundel en
de ondertitel bevestigt dit door zowel naar de melodieën te verwijzen als
naar het begeleidende instrument de draailier: ‘Drayende veel van de
nieuwste, deftige, en dartelende toonen’. In de liedboektraditie was het
overigens gebruikelijk te wijzen op het feit dat de bundel actueel was: met de
nieuwste melodieën erin. En iedere drukker-uitgever vermeldde graag
op de titelpagina dat een bundeltje ‘nooyt voor dezen gedrukt’ was,
wat voor de eerste druk van de Duytse lier klopte, maar wat ook vaak
gezegd werd van bundeltjes met oud repertoire erin.
De mogelijkheid dat de titel Duytse lier mede refereert aan
de lier als het symbool van de lyrische dichtkunst, hoeft overigens niet te
worden uitgesloten. Er bestonden in Luykens tijd bundels met lieren, luiten en
harpen in titel en ondertitel, zoals bijvoorbeeld de
Griexe luyt (1656), en
Luyken kan daarop met zijn titel
speels-competitief hebben gereageerd. Tegelijkertijd gaf hij met dit instrument
aan dat zijn ‘Duitse’ (Nederlandse) lyriek maar een lage plaats
voor zichzelf opeiste in de hiërarchie van de genres. Anders dan
bijvoorbeeld de verheven trompet is de ‘ordinaire’ draailier
namelijk niet geschikt voor het begeleiden van heldhaftige teksten. Voor
pastoraal getinte liederen over de liefde was het evenwel het instrument bij
uitstek.
Hoe zag dat instrument eruit en hoe werkte het? De afbeelding op de
titelgravure is tamelijk accuraat. Een duitse lier of draailier is een
snaarinstrument waarop het geluid wordt voortgebracht door een schijf die
voortdurend langs de snaren strijkt. Het instrument heeft een klankkast met
twee klankgaten. De snaren kunnen bespeeld worden door middel van toetsen die
de toonhoogte veranderen. Enkele snaren, die bastonen voortbrengen, veroorzaken
een karakteristieke, constante brom.
In latere, achttiende-eeuwse, edities van de Duytse lier is
de titelprent gewijzigd. Er valt nu nog meer nadruk op het amoureuze karakter
van het liedboek. Een Cupido vliegt door de lucht en schiet zijn pijl af op een
kozend paartje. De zingende staande vrouwen zijn vervangen door twee