Zijn nieuwjaarsgeschenk, het beloofde van gisteren avond, een plicht waarvan hij zich kweet!
O, wezenlijk! En had hij dat ernstig opgenomen!
Marie en Georgine grepen tegelijk naar het wapen. Maar ook gelijktijdig trokken zij hun hand weder terug: was de revolver niet geladen?
‘Neen.’ En hij hanteerde dien onbeschroomd, als een voorwerp, waarmede hij vertrouwd omging, met liefkoozenden blik hem monsterend en toonend:
‘Kijkt, hoe schoon hij is, licht, sterk en praktisch; geen het minst gevaar voor u zelven opleverend en den gewissen dood voor al wie er een “goeden dag” van krijgt.’
En hij lachte klankrijk, levenslustig om de eigenaardige zet.
De twee zusters waren dicht bij hem gekomen; zij kenden 't mekanisme niet; hij verklaarde het haar:
‘Ziet, gij neemt het aldus vast, met den wijsvinger op de aftrekstang, de haan kletst neer op een der slaghoornsteentjes en de kogel vliegt naar 't mikpunt; de schroef draait om hare as, zoodat er zes kogels, achtereenvolgens door den loop komend, na éene lading afgeschoten worden. O 't is een heerlijke uitvinding,’ zei hij met geestdrift. ‘Er is ook een verzekeringsroede, waarmede men een der geladen gaten opstopt. Op die wijze kan men den revolver in den zak steken zonder vrees voor ongelukken.’
En zij bewonderden mede het sierlijk maaksel; het wit blauwendig staal met bloemen er op gegraveerd; zij deden 't nog wat schuw terughoudend echter.
Was het wel zeker, dat hij er zich niet van beroofde?
O, hij had er een heele verzameling; zij moesten eens komen zien, een verzameling van allerlei oude wapens