heen te gaan? Ja, heel zeker... wellicht... want kon ze Meetje en Peetje verlaten?... het hoeveken, waar zij zoolang geleefd, het kamerken, waar zij zoolang geslapen had? En Reine zuchtte besluiteloos.
O indien hij nooit wedergekomen ware, hoeveel vreedzamer zou haar lot zijn geweest!
En te denken, dat zij hem beminde! Dat mocht ze toch, het was hare schuld niet; zij deed den doode geen onrecht, zoolang zij dat niet mondeling bekende, zoolang zij hem metterdaad getrouw bleef.
Neen, hare liefde bekennen, dat mocht ze nooit, wat of er ook gebeurde; hare belofte openbaren evenmin. Elk heeft zijn geheim, dàt was het hare en zij besefte, dat het aan 't licht brengen van dien eed haar de noodige kracht tot het volharden ontnemen zou, evenals zij in de Heilige Geschiedenis gelezen had, hoe Samson zijne sterkte verloor, nadat hij aan Dalila zijn hart had geopend.
Met zijne lokken was hij zijne macht kwijt. In hare stilzwijgendheid lag haar steun. Mededeeling zou tegenwerpingen wekken, overreding wel geene aarzeling, maar onrust teweegbrengen.