hare aandacht aan de studie te wijden; maar het gelukte haar eindelijk; want zij deed het met geweld, te meer om hare denkbeelden van de zoo smartvolle, zich haar immer opdringende bespiegelingen op haar lot te onttrekken.
En daar immer het eene tot het andere leidt, zoo begon zij ook in te zien, dat het haar aan allerlei onontbeerlijke kundigheden ontbrak. In de altijd bereidvaardige Marie vond zij steeds eene welwillende leidster en leermeesteres, en door haar voorbeeld opgewekt, begon zij met geestdrift zelfs geschiedenis en letterkunde te studeeren, en verkreeg door den omgang en het gesprek met de geleerde vrienden van het huis, aldra eenige algemeene, oppervlakkige begrippen van andere wetenschappen, en van bouw- en schilderkunst.
Maar de wonde van haar hart was niet genezen, en peinzend vond Marie haar meer dan eens aan het venster staan, als de schemering zich reeds in de kamer had verbreid. Zij waren door eene innige vriendschap aan elkaar verbonden en soms, maar zelden, werd ook van Alexis gesproken.
Op zekeren dag, dat Justine somberder scheen dan naar gewoonte, en op de vraag harer vriendin, wat haar bekommerde, antwoordde, dat zij aan Alexis dacht en wat hij nu deed en hoe hij het thans stellen mocht, drukte Marie hare verwondering uit, dat hij nooit iets van zich had laten hooren.
Justine bekende aarzelend, dat zij in de eerste dagen van haar verblijf te Brussel eenen brief van hem had gekregen, dien zij zonder openen in het vuur geworpen had.
Marie scheen dit niet te billijken en opperde bedaard de meening, dat zij toch best dien brief eens kon gelezen hebben, wie weet wat hij behelsde? maar zij zei het slechts eenmaal, want zij wist wel, dat herhalingen enkel een gezegde verflauwen, en het woord der waarheid als een zaad is, dat in goeden grond gelegd, te zijnen tijde ontkiemt en vruchten draagt.