Zangen van Bilitis(1969)–Pierre Louÿs– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 76] [p. 76] De metamorfose Weleer was ik verliefd op de bekoorlijkheid van jonge mannen en herinnering aan hun woorden hield mij weleer uit mijn slaap. Ik weet nog hoe ik eens een naam gesneden heb in een platanenschors. Ik weet nog hoe ik eens een flardje van mijn tunica heb laten vallen op een weg waar iemand langsging. Ik weet nog hoe ik eens bemind heb... O Pannychis, mijn kind, in welke handen heb ik jou gelaten? O ongelukkige, hoe heb ik van jou afgezien? Vandaag en voor altijd is het Mnasidika alleen die mij bezit. Ontvange zij als offer het geluk van al degenen die 'k om haar verlaten heb. Vorige Volgende