De Middelnederlandsche Tauler-handschriften
(1936)–G.I. Lieftinck– Auteursrecht onbekend
[pagina 1]
| |||||||||||||||||||||
Beschrijving der handschriften.Van de Middelnederlandsche Taulerhandschriften was er reeds één uitvoerig beschreven door Willem de Vreese als hs. T van zijn groote publicatie over de ‘Handschriften van Jan van Ruusbroec's werken’, in het vervolg afgekort als hs. Rsbr. T. Negen andere vindt men hierachter beschreven onder de volgende signaturen:
Als tiende handschrift tenslotte een verzamelcodex, die voor zoover mij bekend, onze oudste Tauler-documenten bevat:
De beschrijving van hs. Br. 1 is van de hand van Prof. De Vreese en ik mocht deze, op een paar plaatsen eenigszins aangepast aan de overige beschrijvingen, in mijn werk opnemen. Voor een goed deel bestond die van Hs. Br. 2 óók reeds en ik maakte van de concepten daarvoor dankbaar gebruik. | |||||||||||||||||||||
[pagina 2]
| |||||||||||||||||||||
In het kort vindt men de meeste dezer hss. besproken door P. Stefanus Axters O.P. in zijn ‘Bijdragen tot een bibliographie van de Nederlandsch-Dominikaansche vroomheid’, z. pl., [1934], p. 62-77, waarin ook 16e-eeuwsche Taulerhandschriften vermeld worden. Voor hs. G. 2 zie men nog de korte inhoudsopgave van Napoleon de Pauw in ‘Middelnederlandsche Gedichten en Fragmenten’ I, 705-707 en de korte bespreking van P.E. Emonds, O.F.M. op pag. 12 van zijn proefschrift ‘De legende van Sinte Kunera in de Middeleeuwen’, Leiden, 1922. | |||||||||||||||||||||
Verklaring der teekens:
|
|