Verzameld werk (2 delen)
(1951-1952)–J.H. Leopold– Auteursrecht onbekend
[pagina 555]
| |
[pagina 556]
| |
[Bewogen vlakte van Irdîn
| |
[pagina 557]
| |
[De mokkend opgeworpen mond]DE mokkend opgeworpen mond
bezeten lang en lang gekust,
De eeuwigheidverlangensdrift
gelenigd en alree gesust.
De roem, verwaten, bloedgekocht,
gespild in achtelooze hand,
Het pralend raadsel des bestaans
bezien met koele oogenstand.
| |
[pagina 558]
| |
[Ik ben een zwerver overal]IK ben een zwerver overal,
een doler en een vagebond
en een, die uit zich zelf geen pad,
geen omkeer en geen uitweg vond.
Ik ben een napraatpapegaai,
ik ben een open spiegelrond.
des Eeuwigen gesproken woord,
het hapert in mijn stamelmond.
| |
[pagina 559]
| |
[Zoek heil en heul in uw gedichten; doe als ik]ZOEK heil en heul in uw gedichten; doe als ik
en denk om roem en eer geen oogenblik,
maar vind in verzen vrede en zielsgeluk.
Veracht de wereld en zijn valsch behagen
in afbreuk doen, wat groot is te verlagen
en al het kleine en slinksche hoog te dragen.
|
|