Voorbericht.
Het gunstig onthaal, hetwelk dit stukjen, op vereerend verzoek van Heeren Kommissarissen van den Stads-Schouwburg vervaardigd, by de opvoering heeft mogen genieten, moet aan twee oorzaken worden toegeschreven: vooreerst, aan de goede gezindheid van het Amsterdamsche publiek, om alles toe te juichen, wat de strekking heeft, liefde voor Koning, land en orde aan te kweeken: en ten tweede, aan de yverige en talrijke medewerking van al diegenen zonder onderscheid, aan welke de opvoering van dit stukjen was toevertrouwd, en waarvoor ik hun te dezer plaatse mijn openlijken en welgemeenden dank betuig.
Zal diezelfde goede gezindheid van het Publiek mijn vluchtig werk by de lezing blijven sparen, nu het ontbloot is van de veelvermogende hulp van hen, wier uitmuntend spel er geest en leven aan wist by te zetten? - Ik mag dit slechts hopen, geenszins verwachten, den lezer verzoekende, in 't oog te houden, dat mijn schets in veertien dagen tijds ter nedergeschreven, gekopiëerd, van de noodige zangwijzen voorzien, gerepeteerd en gespeeld werd, zoodat ik my in de onmogelijkheid bevond, mijn arbeid slechts eenmaal bedaard na te zien - aan elk een ten overvloede de bede van mijn slotkoeplet toeroepende:
Blijv' deez' proef, valt hier geen kunst te loonen,
Om het doel door uw kritiek gespaard.
amsterdam,
28 December 1830.
de schrijver.