Klaasje Zevenster
(1866)–Jacob van Lennep– AuteursrechtvrijJacob van Lennep, Klaasje Zevenster. M. Nyhoff / A.W. Sythoff / D.A. Thieme, Den Haag / Leiden / Arnhem 1866
-
gebruikt exemplaar
Deel 1, 2, 3 en 5: eigen exemplaar dbnl
Deel 4: exemplaar universiteitsbibliotheek Leiden, signatuur: 1063 F 31
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Klaasje Zevenster in vijf delen van Jacob van Lennep uit 1866.
redactionele ingrepen
Deel 1, p.t.o. 2: de kop ‘Eerste deel’ is tussen vierkante haken toegevoegd.
Deel 1, p. 73: om aan te geven dat tekst herhaald wordt, zijn in het origineel grote accolades gebruikt. In deze digitale weergave zijn aanhalingstekens gebruikt.
Deel 2, p.t.o. 2: de kop ‘Tweede deel’ is tussen vierkante haken toegevoegd.
Deel 3, p.t.o. 2: de kop ‘Derde deel’ is tussen vierkante haken toegevoegd.
Deel 4, p.t.o. 2: de kop ‘Vierde deel’ is tussen vierkante haken toegevoegd.
Deel 5, p.t.o. 2: de kop ‘Vijfde deel’ is tussen vierkante haken toegevoegd.
Door de gehele tekst zijn aanhalingstekens verbeterd.
Deel 5, p. 305: pogramma → programma: ‘Overeenkomstig het programma, door Mw. van Hardestein opgemaakt’.
Deel 1, p. 150: eemd → vreemd: ‘t Schijnt vreemd; maar 't is ongelukkig al te waar’.
Deel 1, p. 33: regel matigheid → regelmatigheid: ‘de haren waren met de uiterste regelmatigheid naar eene zijde geborsteldt’.
Deel 1, p. 303: aankomt,; → aankomt, : ‘aankomt, zal ik wel de vlag dienen te strijken’.
Deel 1, p. 275: kamaraden → kameraden: ‘maar ik heb geruild met een van mijn kameraden’.
Deel 2, p. 229: lijden → leiden: ‘dat het tot een gunstig oordeel moest leiden’.
Deel 2, p. 239: laastgemelde → laatstgemelde: ‘tot grooten spijt van laatstgemelde’.
Deel 2, p. 246: bij → by: ‘What! the girl I adore by another embracedt’.
Deel 2, p. 79: toeback-drincken “gelijk men oudtijds hier het rooken” → “toeback-drincken” gelijk men oudtijds hier het rooken: ‘het “toeback-drincken” gelijk men oudtijds hier het rooken placht te heeten’.
Deel 2, p. 246: audientie → audiëntie: ‘eer hij zich het recht aanmatigt om op de publieke audiëntie te slapen’.
Deel 3, p. 31: met → men: ‘gelijk men ziet’.
Deel 3, p. 51: aar → haar: ‘dat ik aar naauwelijks gezien heb’.
Deel 3, p. 331: laug → lang: ‘vouwde dat in 't lang’.
Deel 3, p. 35: hetvatte → hervatte: ‘‘'t Is zeker bijzonder beleefd,’ hervatte Mevrouw’.
Deel 3, p. 35: B. A → B. A.: ‘Alexis van Ray, B. A. Fallee, Holtrop, Chandon, Jac. Grevelink, en’.
Deel 4, p. 16: wélluisteren → wél luisteren: ‘Ik wil wél luisteren, en, hoe beklagenswaardiger je toestand is’.
Deel 4, p. 20: de dubbele zin ‘‘Ik had vroeger nooit geweten, dat je een zoon hadt,’ zeî Nicolette.’ is verwijderd.
Deel 4, p. 95: prefekte → perfekte: ‘op mijn woord, het is een perfekte héros de roman.’.
Deel 4, p. 129: nagatieve → negatieve: ‘dat zij ‘geen schoonheid’ was, hij zou zich thans waarschijnlijk niet bij het negatieve bepaald’.
Deel 4, p. 243: brijgebracht → bijgebracht: ‘dat die met haar beiden mijn Heer hadden brijgebracht’.
Deel 4, p. 244: leider → lijder: ‘de zekerheid had bekomen, dat de lijder weêr sliep’.
Deel 4, p. 305: ge-gelooven → gelooven : ‘zijn woord gelooven zal’.
Deel 4, p. 334: drijveêr → drijfveêr : ‘wat de drijfveêr is van de welwillendheid’.
Deel 4, p. 370: mijn → zijn : ‘zonder toch uit mijn ziel de overtuiging van de schuld des vrijgesprokenen te wisschen’.
Deel 5, p. 48: r'eis → 'reis : ‘maar ook in m'n zaken, wil ik 'reis’.
Deel 5, p. 61: ergers → ergens : ‘gereisd is naar een plaats ergers in Duitschland of Frankrijk’.
Deel 5, p. 158: vooreest → vooreerst : ‘je zult de Juffrouw vooreest niet kunnen spreken’.
Deel 5, p. 165: Immers → immers : ‘onderstelde; Immers Donia kwam naar hem toe’.
Deel 5, p. 183: Theather-koepen → Theater-koepen : ‘Theater-koepen, die de schrandere lezer al verwachtte’.
Deel 5, p. 264: hôtel → hôtel : ‘naar het hótel van Mw. Wayland te rijden’.
Deel 5, p. 299: overleden → overledene : ‘heeft de overledene toch de eer gehad’.
Deel 5, p. 237: zij → hij : ‘indien hij niet, op het tijdstip’.
Deel 5, p. 352: ongeacht → ongeächt : ‘en hij arm en ongeächt ten grave zal gaan’.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (deel 1: p. 2; deel 2 en 346: p. 2; deel 3: p. 2; deel 4: p. 2 en 420; deel 5: p. 2 en 354) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[Deel 1]
[pagina 1]
ROMANTISCHE WERKEN
VAN
Mr. J. VAN LENNEP.
XV.
[pagina tegenover 2]
ROMANTISCHE WERKEN van Mr J. van Lennep.
vijftiende deel.
Klaasje Zevenster.
I.
's Gravenhage, Leiden en Arnhem.
M. Nyhoff, A.W. Sythoff, D.A. Thieme.
1866.
[Deel 2]
[pagina 1]
ROMANTISCHE WERKEN
VAN
Mr. J VAN LENNEP.
XVI.
[pagina tegenover 2]
ROMANTISCHE WERKEN van Mr J. van Lennep.
zestiende deel.
Klaasje Zevenster.
II.
's Gravenhage, Leiden en Arnhem.
M. Nyhoff, A.W. Sythoff, D.A. Thieme.
1866.
[Deel 3]
[pagina 1]
ROMANTISCHE WERKEN
VAN
Mr. J. VAN LENNEP
XVII.
[pagina tegenover 2]
ROMANTISCHE WERKEN van Mr J. van Lennep.
zeventiende deel.
Klaasje Zevenster.
III.
's Gravenhage, Leiden en Arnhem.
M. Nyhoff, A.W. Sythoff, D.A. Thieme.
1866.
[Deel 4]
[pagina 1]
ROMANTISCHE WERKEN
VAN
Mr. J. VAN LENNEP.
XVIII.
[pagina tegenover 2]
ROMANTISCHE WERKEN van Mr J. van Lennep.
achttiende deel.
Klaasje Zevenster.
IV.
's Gravenhage, Leiden en Arnhem.
M. Nyhoff, A.W. Sythoff, D.A. Thieme.
1866.
[Deel 5]
[pagina 1]
ROMANTISCHE WERKEN
VAN
Mr. J. VAN LENNEP.
XIX.
[pagina tegenover 2]
ROMANTISCHE WERKEN van Mr J. van Lennep.
negentiende deel.
Klaasje Zevenster.
V.
's Gravenhage, Leiden en Arnhem.
M. Nyhoff. A.W. Sythoff. D.A. Thieme.
1866