De blauwe horizon
(1950)–Clare Lennart– Auteursrecht onbekendClare Lennart, De blauwe horizon. Stols, Den Haag 1950 (2de druk)
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van de tweede druk van De blauwe horizon van Clare Lennart uit 1950. De eerste druk dateert uit 1936.
redactionele ingrepen
In het origineel is in de hoofdstuknummering nummer IV overgeslagen. In deze digitale editie is dat niet verbeterd.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (binnenkant voorplat, 2, 6, 136, binnenkant achterplat, achterplat) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[ voorkant stofomslag]
Clare Lennart
De blauwe horizon
a·a·m·stols
clare lennart
DE BLAUWE HORIZON
Clare Lennart vertelt ons in dit boek de levensgeschiedenis van Constance Marens, die de dochter is van een Hollandse notaris en van een jong gestorven Franse moeder. Zij ziet als kind de blauwe bossen aan een verre horizon en droomt van een leven, dat rijker, schoner, meer ‘waar’ zal zijn dan het gestolde leven van een kleine provinciestad uit de vorige eeuw.
Ook als ze ouder wordt lukt het haar niet een compromis te vinden tussen droom en realiteit. Tussen haar zelf en de blauwe horizon valt meer en meer de dagelijkse wereld weg. IJl en schimmig gaat het reële leven aan haar voorbij, doch achter de horizon staat warm en levend de droomwereld. De schilder, Emile Marens, een jongere broer van haar vader, die in Parijs woont en over wie niet meer gesproken wordt in de familie, wordt allengs de hoofdfiguur in deze droomwereld. Stance heeft hem nooit ontmoet, maar het zelfportret, dat ze op de zolderkamer, zijn vroeger atelier, gevonden heeft, geeft voedsel aan haar dromen.
Ze trouwt met de eerzuchtige jonge advocaat Gerard Berkhof, maar in haar dromen blijft oom Emile voortleven in een parelgrijs Parijs. Afwezig, als gehallucineerd, leeft ze haar leven van getrouwde vrouw, krijgt ze kort op elkaar kinderen, allemaal zoons. Maar als haar dochtertje geboren wordt, dat, zwakker dan de anderen, haar deernis wekt, keert ze terug uit de droomwereld van het parelgrijs Parijs. Ze kan de werkelijkheid evenwel niet aan en vlucht met
[ voorplat]
De blauwe horizon
[pagina 1]
DE BLAUWE HORIZON
[pagina 3]
CLARE LENNART
DE BLAUWE HORIZON
A.A.M. STOLS · UITGEVER
'S-GRAVENHAGE
1950
[pagina 4]
Drukkerijen v/h Ellerman Harms nv
Amsterdam
[pagina 298]
AANTEKENING
Het eerste deel van ‘De Blauwe Horizon’ verscheen voor het eerst in 1936 bij de N.V.A.W. Bruna's Uitgeversmaatschappij te Utrecht. Met haar toestemming wordt dit deel in de huidige uitgave vrijwel onveranderd herdrukt.
Het tweede deel van ‘De Blauwe Horizon’ is geschreven in 1937, doch nooit tevoren gedrukt.
Deze uitgave is dus de eerste, welke het volledige werk bevat.
[ achterkant stofomslag]
haar kind in het zwarte water achter de tuin, dat haar altijd getrokken heeft. Zo eindigt dit leven dat zich roekeloos overgaf aan de droom. De baby wordt echter door een zoon van de buren gered.
In het tweede deel vinden we dit kind, Emilie Berkhof, terug als jong meisje. Ook zij voelt de trekkracht van de droom, maar als ze hoort hoe haar moeder gestorven is, tracht ze de weg te vinden naar de werkelijkheid. Het is de uit Parijs teruggekeerde schilder Emile Marens, die als over een blauwe horizon naar haar toe komt. Er ontstaat tussen haar en deze oom Emile een diepe vriendschap, die een zomer lang de verzoening van droom en werkelijkheid schijnt te betekenen, maar die niet blijvend kan zijn, omdat hij te oud is en zij te jong.
Bewuster dan vroeger keert Lili zich af van de droom. Ze gaat naar Amsterdam, ze wil schilderen en vooral leven. De fanatieke bezetenheid van de schilder Peter Franken, die zo sterk in het leven schijnt te staan, fascineert haar en ze ruilt haar dromen voor een huwelijk met hem. Na de dood van oom Emile glijdt Lili weer terug in de eenzaamheid. Haar huwelijk is een mislukking. Hoewel dus ook dit verhaal eindigt in mineur, is toch het conflict tussen droom en werkelijkheid in Lili's leven minder dramatisch dan in dat van haar moeder. Ze heeft het leven niet afgewezen, ze heeft er haar krachten op beproefd, zij het met weinig bevredigend resultaat.
Als zij sterft blijft haar dochtertje Constance, heel jong nog, achter met het vaste voornemen in dit hachelijk leven de sterkste te zijn.