had gezegd dat hij, Compt:, niet konde mede rijden, omdat zijn, Compts:, vrouw ziek was door haar arm bezeerd te hebben, gelijk ook eenigen tijd tevoren gebeurd, dog weder bijna genezen was; dan welke bezeering de Compt: toen maar vergroot had om des te beter van het aandringen van Bezuidenhout af te komen, hebbende hij, Compt:, ook om die reden zijne vrouw haar arm weder in den doek laten dragen.
Dat gem: Bezuidenhout daarop hebbende gezegd, dat de Compt: desniettemin moest mede rijden, en zijne vrouw bij zijn, Compt's:, broeder Zacharias konde laten, hij, Compt:, zulks steeds geweigerd, en gezegd had dat Bezuidenhout dan maar liever zijn, Compts:, broeder moest voorstellen om mede te gaan, dog zijnde de Compt: wel bewust geweest dat zijn broeder daartoe evenmin gewillig zoude zijn gelijk dezelve ook, toen de Compt: hem de boodschap van Joh: Bezuidenhout, die hem dezelve had gegeven, gewaarschuwd had, zig had geabsenteerd.
Dat de Compt: al verder op het zeggen van voorm: Bezuidenhout, dat als hij, Compt:, niet zelve kon mede gaan hij onkosten moest maken, en den Basterd, die in zijn dienst was, mede geven, de Compt: als geen andere kans ziende om zich daarvan te ontslaan, beloofd had den voornoemden Basterd mede te geven, welke ook naderhand door Stephanus Bothma was afgehaald geworden, wanneer de Compt: denzelven te eerder had laten volgen, dat hij Compt: elk oogenblik den Veldcornet Van Wijk verwagtte, en zig dus gevleid had dien Basterd nog wel spoedig weder te zullen agterhalen, en terug krijgen, dan welke Veldcornet een paar uren later gekomen was, zijnde de Compt: toen, op order van gem: Veldcornet, weggetrokken tot bij Barend du Plessis.
Dat de voorz. Basterd, genaamd Paul, daarna aan den Compt: had verhaald dat men hem in Krommerivier had gelaten, en zijn paard afgenomen, en dat toen 't volk van Slagtersnek was teruggekeerd, hij zijn paard bij Barend Bester had terug gekregen, waarmede hij nu weder was naar huis gekomen.
Niets meer &c.
Aldus &c., 13 Januarij 1816.
(Get:) Christiaan Martinis de Beer.
Als Gecommitteerdens:
P. Diemel.
W. Hiddingh.
Mij present:
G. Beelaerts van Blokland,
Secretaris.