De hazen en andere gedichten(1983)–Ed Leeflang– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 27] [p. 27] De grote dromen De kleine dromen gehoorzamen nog, de grote worden onhandelbaar als ligstoelen die niet open willen, een reservewiel dat zich losrukt en wegrolt, mokkende dieren die om hun temmer sluipen. Ik heb het verbruid bij de grote dromen. Omdat ik een dichtgetimmerd kasteel in een verlaten park heb gezien en het bordes heb bestegen, weet ik wat dat zeggen wil: rododendronstruiken forceren de ramen, niets houdt het liefdeloze van de losgebroken takken tegen. En eens wilde je macht over de nachtwind; dat hij de vogels onder de bruggen geruststelde en waar het zo uitkwam een dekzeil goed legde op de voorbijkomende schepen. De grote ordening wordt verloren, geen enkele droom zal zich gedragen tenslotte en zoveel bladeren aan bomen worden geboren om met de altijd al willoze wind mee te spotten, dat het inkt en slapeloosheid kost niet bij de aarde te horen. Vorige Volgende